Najaar 1944
De mensen putten moed uit de berichten van radio Oranje. De radio’s hadden allang ingeleverd moeten zijn, maar vele zijn verstopt en er wordt stiekem geluisterd. Naarmate de oorlog voortduurt, begrijpen de mensen dat Duitsland uiteindelijk de oorlog zal verliezen.
Op 6 juni 1944 zijn de Geallieerden geland in Frankrijk en vanaf die dag op weg hierheen. De hoop groeit dat het niet lang meer zal duren. Zondag 17 september 1944 ziet de hemel boven Maas en Waal zwart door de zwermen vliegtuigen van de Geallieerden op weg naar Arnhem. Operatie ‘Market Garden’ is begonnen met het doel de brug bij die stad onbeschadigd in handen te krijgen om zo snel Duitsland binnen te kunnen trekken, zodat de oorlog echt snel is afgelopen. De operatie bleek ‘een brug te ver’. Er is onverwacht heftige tegenstand en het front komt tot stilstand. Ten zuiden van de Waal is Nederland vrij, maar boven de rivier zitten nog steeds Duitse troepen in Dodewaard en Ochten.
Vluchtelingen uit de Overbetuwe worden opgevangen in de meisjesschool. Later worden er Engelse en Canadese soldaten gelegerd, net als in de jongensschool. De Duitsers aan de ‘ginne kaent’ komen bij nacht en ontij nog vaak de Waal over. Ze beschieten regelmatig de dorpen langs de Waal. Vooral Wamel en Leeuwen worden zwaar getroffen, maar ook Druten en zeker ook Deest komen er niet zonder slachtoffers en schade vanaf.
Op 20 september stort er een Britse Sterling neer bij het dorp. Het toestel is bij Oosterbeek beschoten en zodanig beschadigd dat het niet meer verder kan. Boven de Waal springen vijf bemanningsleden uit het toestel. Twee hebben pech, zij landen in de Ochtense uiterwaarden en worden gevangen genomen. Een komt in het water terecht bij Druten en wordt gered door Lard van Mook. Twee anderen komen in de Drutense uiterwaarden terecht, maar de piloot, N. Cooper, kan er niet op tijd uit. Hij stort met het toestel neer. De Engelsman ligt begraven op het RK kerkhof van Puiflijk. Ook korporaal L.P Erwin is er begraven. Net als de twee broers Derks die dat najaar zijn omgekomen door een granaatinslag thuis.
Hoofdstuk XVII.