Radeloos, reddeloos en redeloos
In het jaar 1672 is de regering van de Republiek radeloos, het volk redeloos en het land reddeloos verloren. Van alle kanten vallen vijandelijke legers de Zeven Verenigde Provinciën binnen. Vanuit het zuiden komen de soldaten van Lodewijk de Veertiende, de zonnekoning, die danig jaloers is op de Gouden Eeuw en de rijkdom van de lage landen . Hij wil ‘die kaaskoppen’ een lesje leren. En dat lukt… even. Voor de katholieken betekent de Franse bezetting dat ze weer vrij hun godsdienst mogen belijden. Er komt een godsdienstvrede en de Roomsen kregen ook hun oude kerken weer terug. ‘Niemand mocht ‘eenige bitterheijt of invertiven plegen of gebruijcken’ tegenover andersdenkenden. 27 Verdraagzaamheid is wat veel gevraagd van de Roomsen op de Hucht. Meester Hendrick, de koster en schoolmeester van dominee Johannis Kloeck wordt door een joelende menigte volledig uitgekleed en een of andere Puiflijkse kenau takelt hem danig toe met gesel en roede. Zo wordt hij bloedig het dorp uitgeslagen. 28
Als de Fransen in 1674 weer weg zijn, wordt pastoor van der Sandt met nog acht andere geestelijken gevangen gezet op het kasteel van Leeuwen. Hij moet een zware boete betalen om weer vrij te komen. Sinds die tijd spookt het op bet Huis te Leeuwen in de papenkelder, zo wil de overlevering. 29
Hoofdstuk VI.