Welkom bij presentatie dinsdag 6 augustus in Bondsgebouw Druten

Restauratie Oude Toren Puiflijk: noodzakelijk en meer dan verdiend
Presentatie in Bondsgebouw dinsdag 6 augustus 14.00 uur

De twee oudste rijksmonumenten van de gemeente Druten zijn de oude toren van Afferden en Puiflijk. Deze laatste wordt momenteel grondig gerestaureerd waardoor hij straks een levend en klinkend monument wordt, een plek voor ontmoeting.

De Puiflijkse Oude Toren is al eeuwenlang een baken in Puiflijk en de regio. Hij heeft al heel wat lief en leed gekend; telkens bleek hij over een duurzaam karakter te beschikken.

In een praatje-met-een-plaatje laat Bert Beuving, secretaris van Stichting Oude Toren Puiflijk, de hoogtepunten en het verval de revue passeren. Ook staat hij stil bij hoe de Oude Toren telkens weer een eigen rol kreeg. En dat na de restauratie opnieuw gaat krijgen.

Als extraatje worden enkele bijzondere gebeurtenissen onthuld.

Zo worden een paar opvallende ontdekkingen getoond, die zich tijdens de restauratie hebben voorgedaan. Ook legt Jaap van der Veen, bouwhistoricus, uit waarom hij denkt dat de toren veel ouder is dan tot nu toe wordt aangenomen. En tenslotte krijgt de toren voor heel even zijn aanbouw terug.

  • Dinsdag 6 augustus 14.00 uur Bondsgebouw, Kattenburg 27, 6651 AL Druten
  • Iedereen is welkom! vol = vol
  • Toegang is gratis.

Uitgebreid artikel in de Gelderlander over de restauratie

Vorige week dinsdag, 16 juli, publiceerde de Gelderlander een groot artikel over de restauratie. Onder de kop “Een ‘super cool’ torentje en gelukkig slecht onderhouden” krijgt onze toren een compliment van de vaklui die bezig zijn met de natuurstenen buitenkant:

De paradox van achterstallig onderhoud, noemt hij het. „Als er tig keer wordt gesleuteld aan een monument, wordt er helaas ook vaak onvakkundig gerepareerd. Hier is vrij weinig gedaan en is het origineel goed bewaard gebleven.” Het torentje van Puiflijk is (..) dan ook ‘super cool’. Lang niet zo bekend als andere monumenten waar hij aan werkte, zoals de Sint-Jan in Den Bosch en de Eusebius van Arnhem, maar zeker niet van minder cultuurhistorische waarde.

Uit het artikel blijkt dat er nu wel met zorg en vakkundig wordt gerestaureerd. Zo moeten nog al wat slechte stenen worden vervangen en het dak van de traptoren hersteld. Dat was vooraf duidelijk, maar meer blijkt dringend nodig. Tijdens het werk doen zich diverse grote, onverwachte tegenvallers voor:

“Alle stenen zijn beoordeeld.” Hij wijst op een met een rood kruis gemarkeerde steen. „Kijk, deze gaat eruit.” Daar zal het echter niet bij blijven, voegt hij eraan toe, want tijdens hun werk vinden de mannen nog de nodige verborgen gebreken die zij zullen moeten herstellen.

Hoe deze tegenvallers opgevangen moeten worden? – daarover is in het mooie artikel niets terug te vinden.

In aanvulling hierop:
Er is inmiddels spoedoverleg geweest tussen aannemer, gemeente en stichting. Ook zijn externe deskundigen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed ingeschakeld en een tweetal extra fondsen benaderd. Voor alle partijen blijven degelijkheid, veiligheid en functionaliteit onverminderd als uitgangspunten overeind.


bron: de Gelderlander, 16 juli 2024

Restauratie op de voet gevolgd – 9

Zorgvuldig worden stenen geplaatst in de hoek waar de oude slechte tufstenen verwijderd zijn. Hierbij wordt naast speciaal cement ook vrij veel water gebruikt. Stenen worden eerst in water gedompeld en na het plaatsen van de steen wordt er ook nog water toegevoegd om te voorkomen dat het metselwerk te snel droogt en bros wordt. Het afronden van stenen wordt meestal na plaatsing gedaan, zie de foto met de uitstekende stenen en de foto van de stenen met de ronding. Dit pas zagen na plaatsing wordt gedaan om minder werk te hebben. Als een steen volledig passend en vormgegeven kant en klaar geplaatst zou moeten worden, dan zou men voor iedere steen een mal moeten maken.

Voordat een steen geplaatst wordt, vindt er opruwing plaats op de zijden waar de steen ingemetseld wordt om een betere hechting te krijgen en ook meer en groter raakvlak voor het cementmengsel.

De stenen worden goed ingevoegd en de voegen worden goed gevuld met cement om een goede hechting te krijgen en inwatering te voorkomen.

Tijdens het metselen en plaatsen van de tufstenen wordt er continu gecontroleerd of de stenen waterpas en aansluitend bij de oude muur ingemetseld zijn.

Het toevoegen van cement en het invoegen gebeurt zorgvuldig. Tussendoor vindt overleg plaats over de nieuw pasklaar te zagen stenen van de grote tufsteen platen beneden.

Wat een extra dimensie toevoegt aan het werk is de hoogte waarop de werkzaamheden plaatsvinden, nu ongeveer 30 meter. Zie de foto van Puiflijk. De kwaliteit van de foto is matig doordat ik door het gaasdoek heen gefotografeerd heb.

Laatste foto het pas zagen van de tufstenen.

Tot zover, tot na de bouwvakantie.

Restauratie op de voet gevolgd – 8

Volop activiteit op de steigers, liefst 5 man aan het werk. Beneden wordt de tufsteen, steen voor steen op maat gemaakt.

Elke steen krijgt zijn plek, wordt zo ingemetseld dat het een harmonisch geheel wordt met de oudere stenen. Er is nu nog kleurverschil maar dat wordt door inwerking van zon, wind en regen geleidelijk aan minder.

Het uitfrezen en bewerken van de voegen gaat continu door.

Restauratie op de voet gevolgd – 7

Afgelopen week heeft Ton tweemaal het werk bezocht. Deze keer vertelt hij hierover:


De werkzaamheden aan het dak boven de traptoren vorderen. Het is passen en meten, stenen passend maken. Zoveel mogelijk worden de oude oorspronkelijke stenen gebruikt. Er zijn enkele nieuw ingezet. Deze hebben een andere kleur.

Aan de andere kant van de toren wordt gelijktijdig de oude slechte voegen uitgebeiteld of uitgefreesd. Uiterst zorgvuldig werken en heel voorzichtig, want de buitenste tufsteen is heel kwetsbaar. Beide vakmensen vertellen graag over hun werk. Zij hebben de indruk dat voor het bovenste deel van de toren meer dan in het benedenste deel van de toren stenen zijn gebruikt die al een periode daarvoor dienst hebben gedaan in een ander bouwwerk. Nu was dat in die tijd heel gebruikelijk. In een eerder verslagje al verteld, maar het is voor deze toren en de restauratie heel relevant begreep ik van hen.

Ik fotografeer graag mensen, ook werkende mensen. Werk kan zin geven, geeft zin aan de invulling van je leven. En zoals zij over hun werk praten merk ik dat zij niet alleen een goede prestatie willen leveren maar dat het hun ook voldoening geeft.

Mooi is ook dat zij als vakmensen zelf inhoud kunnen geven aan hun werk. En instandhouding van erfgoed voor nu en later is belangrijk. Het verrijkt je leven.

Mooi was de komst van de nieuwe platen tufsteen. Deze worden verzaagd tot blokken, stenen die de verwijderde sten gaan vervangen.

[…]

De renovatie, restauratie van het traptorendak wordt afgerond.
De traptoren ziet er weer prachtig uit; ik heb gepoogd dit tussen het steigerwerk en de planken door in beeld te brengen.

Wordt vervolgd.


Restauratie op de voet gevolgd – 6

Ton heeft het werk goed bekeken:

Het opnieuw aanbrengen van de stenen op het dak boven de traptoren vordert gestaag. Deze stenen hebben al een heel leven achter de rug en dat is te zien. Het mooie vind ik dat nu een deel van het dak hersteld is het lijkt alsof de stenen er nooit af zijn geweest.  Het aanbrengen van de stenen vraagt veel kundigheid. Om iedere steen zo aan te brengen, zo nodig nog iets bij te werken, pas te maken en dan in te metselen, aan te kloppen en met de waterpas én met het oog van de vakman uiteindelijk te beoordelen of het goed ligt – dat is vakmanschap!

De laatste beelden laten een stuk muur zien waarvan de voegen al zijn uitgefreesd, uitgebeiteld. Er is een diepe voeg gemaakt die een volle diepe voegvulling mogelijk maakt en daardoor minder kwetsbaar wordt  voor de inwerking van de weersinvloeden zoals, vocht, de zon enz.

Als u goed kijkt is een inkijkje in de binnenmuur te zien. Op sommige plekken is de buitenste Römer tufsteen te veel aangetast en dus verwijderd. Binnenin zien we een rode baksteen steen die veel steviger is van structuur, goedkoper was en, heel belangrijk, de dragende functie vervult van de constructie, dus de toren.  Een sterke steen. De mooie Römer tufsteen komt daar tegen aan, is de buitenkant, een steen voor de sier.

Volgende week komt de Italiaanse tufsteen ter vervanging van de aangetaste Römer tufstenen. De laatste foto een close-up van een brokje middeleeuws voegsel waarbij te zien is dat aan het voegmengsel vermalen steen enz. werd toegevoegd. Ik denk om de voeg meer structuur en stevigheid te geven.

Wordt vervolgd.

foto’s: Ton Rothengatter

Restauratie op de voet gevolgd – 5

Bericht van ‘onze’ fotograaf, Ton Rothengatter:

Er werd gemetseld boven bij het dak van de traptoren. De stenen die na de storm zijn verwijderd, moesten allemaal uitgezocht worden zoals het oorspronkelijk geweest is. Een hele klus. Alle stenen zijn ook opgeruwd voor een betere hechting. Door de hitte werd er meer water toegevoegd zodat de droging niet te snel gaat en de voegen, het cement “verbrand” en bros wordt. Het metselen is duidelijk passen en meten om elke steen op de juiste plek te krijgen en alles zoveel mogelijk waterpas en een geheel wordt zoals het oorspronkelijk geweest is. Er wordt gemetseld met een speciaal mengsel dat uit twee componenten bestaat, traskalk en kalkmortel. Geen cement.

Op de foto’s kun je zien dat er gemetseld wordt op de waterlijst onderaan. Deze stenen zijn gezaagd uit platen Ettringer tufsteen. Dit is een vulkanisch gesteente. De toren is grotendeels opgebouwd uit Römer tufsteen, dat niet meer verkrijgbaar is. Het uiterlijk van een Römer tufsteen heeft een pokdalig uiterlijk, een maanlandschap. Zie foto.

Op verschillende plekken is te zien dat stenen hergebruikt zijn. Dat gebeurde toen veel meer, voorbeeld kasteel Batenburg dat nadat de Fransen het kasteel verwoest hadden lang gebruikt is als winplaats voor stenen enz. waar weer mee gebouwd werd.

De tweede medewerker was bezig met het uitfrezen van slecht voegwerk. Daar zal ik de volgende keer nog weer enkele foto’s van maken.

Restauratie op de voet gevolgd – 4

Afgelopen maandag kon ter plaatse op het hoogste punt de stand van zaken daadwerkelijk worden opgenomen. Dat leverde de nodige zorgen op, want op veel plekken was het verweer erger dan eerder kon worden vermoed. Zo bleken bij een eerdere restauratie op diverse hoeken ijzeren pinnen dwars door de (natuur-)steen te zijn geboord met als gevolg: ernstige breuken, niet te repareren.

Tegelijkertijd was er het enthousiasme van een van de ambachtslieden, gespecialiseerd in het werken met oud-natuursteen. Nog nooit had hij zoveel oud, origineel Römer-tufsteen bij elkaar gezien, het meeste van nog steeds goede kwaliteit. Geweldig, vond hij het, zeker middeleeuws. Heel bijzonder!

foto’s: Ton Rothengatter

Zomerconcert Arezzo en DCAP 3 juli

Het zomerconcert van Arezzo en DCAP (DrumCombinatie Afferden-Puiflijk) wordt dit jaar vanwege de restauratie niet op de terp bij de Oude Toren gegeven. Bij mooi weer wordt uitgeweken naar het Tabaksveld of, als dat niet het geval is, naar (in/bij) De Lier.

Noteer alvast in uw agenda:
Zomerconcert Arezzo en DCAP woensdagavond 3 juli (waarschijnlijk 19.30 uur)